Morgenthaler hield gereformeerde en evangelische kerken een spiegel voor die twintig jaar later onverminderd actueel lijkt. Met een checklist van 'essentials' voor de eredienst.
In twee delen: een samenvatting van dit spraakmakende boek, die ik ooit publiceerde op de website van opinieblad cv koers.
Samenvatting van ‘Worship Evangelism’ (Sally
Morgenthaler)
Zoekers nodigen in Gods aanwezigheid
(deel 2)
Als we postchristelijke zoekers willen
bereiken met onze kerkdiensten, dan moeten die niet nog laagdrempeliger worden,
maar weer echt bijbels. In een bijbelse eredienst kunnen zoekende en geschonden
mensen tot een persoonlijke ontmoeting komen met de levende God. Dat betekent
dat er heel wat moet veranderen aan onze evangelische en gereformeerde
diensten, betoogt gemeenteconsulent Sally Margenthaler in haar spraakmakende
boek Worship Evangelism. Een samenvatting (deel 2, slot).
Door Ronald Westerbeek
In het eerste deel van haar boek – In Search of the Real Thing – zette
Morgenthaler uiteen waarom zowel moderne, laagdrempelige diensten als
traditionele diensten niet alleen falen in het bereiken van buitenkerkelijke
zoekers, maar ook in het bevorderen van het discipelschap van gemeenteleden. Je
komt misschien met een goed gevoel de kerk uit en misschien heb je best iets
geleerd – maar heb je ook God ontmoet? Een echte ontmoeting met God werkt meer
uit dan een goed gevoel en toegenomen kennis: het verandert je hart en bewerkt
veranderde levens.
In navolging van de reformatorische theoloog Robert
E. Webber (Wheaton College), stelt Morgenthaler dat onze kerkdiensten weer
moeten veranderen in daadwerkelijke, interactieve ontmoetingen met God. Niet
omdat deze cultuur dit vraagt, maar omdat het bijbels is. In dit tweede deel
van haar boek, werkt ze dit verder uit.
Deel II
Unpacking the Worship Evangelism Paradigm
Hoofdstuk
4
Worship
Evangelism: de redenen
Gaan
aanbidding en evangelisatie wel samen?
In aanbidding kunnen zondige en gebroken mensen
Gods helende aanwezigheid ondervinden. God heeft onze aanbidding zo bedoeld om
te getuigen van zichzelf. Zou het niet Gods verlangen zijn om de geestelijke
honger te vervullen van de zoeker die onze kerkdeuren binnen gaat? Zou Gods
hart niet uitgaan naar zoekende en gewonde mensen, die hunkeren naar heling en
vervulling?
Als het goed is zijn onze kerkelijke structuren en
instellingen dienstbaar aan datgene wat God doet of wil doen. Geestelijk
gezonde kerken volgen de leiding van de Geest van Christus en blijven dus
flexibel en bereid zich aan te passen aan wat de Geest in hun midden werkt. Dit
veronderstelt dus ook flexibiliteit in onze erediensten.
Kerkelijke erediensten zijn altijd bedoeld als
publieke samenkomsten, die voor iedereen vrij toegankelijk zijn. Ook in de
Bijbel zijn aanbiddingsdiensten waar zoekers welkom zijn en kunnen binnenlopen
volstrekt gangbaar (zie ook 1 Kor. 14: 23-25). In het Nieuwe Testament zijn de
samenkomsten van de gemeente zelfs nadrukkelijk bedoeld als evangelisatie.
Daarbij is God er niet op uit dat bezoekers onze aanbidding observeren. Hij wil dat zij zelf ook
aanbidders worden.
Wat doen we met potentiële aanbidders? Het is goed
om ze op te nemen in groeigroepen, gespreksgroepen, cursussen et cetera. Maar
in dat rijtje ontbreekt iets, namelijk: aanbidding. We doen alsof aanbidding
alleen voor gelovigen is. Maar waarom zouden we zoekers iets onthouden dat
mogelijk levensveranderend is, helend en bevrijdend: de ontmoeting met de
levende God?
Aanbidding is
niet alleen voor de volwassenen in het geloof. Het is juist ook voor hen die
hongeren en dorsten.
Intentie en
dimensie
Het is wel belangrijk om onderscheid te maken
tussen evangelisatie en aanbidding. Wat daarbij helpt, is het verschil te zien
tussen intentie en dimensie. Alles wat we doen als kerk,
heeft een missionaire dimensie, maar niet alles heeft een missionaire intentie.
Maak van aanbidding geen evangelisatiemiddel: hou het zuiver en laat het niet
op de mens gericht zijn, maar altijd op God. De intentie van aanbidding is
immers: God grootmaken. Maar aanbidding heeft wel degelijk een evangeliserende
dimensie, zoals een andere dimensie is dat het je helpt groeien in
discipelschap. Evangelisatie is de natuurlijke vrucht van aanbidding die
authentiek is en vol van Gods aanwezigheid en waarheid. Aanbidding die mensen
verandert, getuigt; aanbidding die getuigt, verandert mensen.
Hoe getuigt aanbidding
dan?
Hoe vindt die evangelisatie dan plaats in een
aanbiddingssamenkomst? In de eerste plaats horen ongelovigen Gods waarheid (in
de liedteksten, de gebeden, het avondmaal, de schriftlezingen, de
getuigenissen, de preek, etc). In de tweede plaats, en dat is nog belangrijker,
zien ze de echte relatie tussen aanbidders en God.
Het is geen moment de bedoeling om te suggereren
dat de preek onbelangrijk zou zijn - integendeel. Maar Gods waarheid en de
uniciteit van Christus worden vooral gecommuniceerd door de aanbidders
en de aanbidding, en pas in de tweede plaats door de Woordverkondiging. Te zien
en ervaren dat het Evangelie waarheid is in de levens van mensen, is
getuigender dan erover te horen. Webber zegt het zo: ,,Aanbidding is het
Evangelie in beweging, het Evangelie aan het werk’’. Wie aanbidding ervaart,
ervaart de werkende aanwezigheid van God.
Hoofdstuk
5
Worship
Evangelism: The Essentials
Aanbidding waar iets gebeurt
Waarom zouden zoekers naar je eredienst komen en
nog terugkomen ook? Wat maakt het genoeg de moeite waard en waar is nooit ‘het
nieuwtje af’? Als de samenkomst echt een ontmoeting is tussen mensen en God.
Dan gebeurt er pas écht iets.
Relaties draaien altijd om vier elementen: nabijheid,
kennis, kwetsbaarheid en interactie. Alleen als die vier
elementen aanwezig zijn in een relatie, kan de relatie groeien in intimiteit en
een bevredigende, betekenisvolle relatie worden.
Ditzelfde geldt ook voor onze relatie met God. In
onze persoonlijke aanbidding, maar ook in onze gezamenlijke aanbidding in de
samenkomsten, vormen deze vier elementen de essentiële basisingrediënten.
1. Nabijheid – het besef van Gods
aanwezigheid
Het besef van Gods bovennatuurlijke aanwezigheid is
de eerste essentiële voorwaarde. Als God zijn persoonlijke aanwezigheid
openbaart in onze aanbidding, kan het niet anders of het begint te zinderen:
waar zijn nabijheid wordt ervaren, ervaren we immers verwachting, diepe
vreugde, hoop en vrede.
Natuurlijk is God altijd en overal aanwezig. We
hoeven geen omgeving te creëren om Hem erbij te laten zijn, zoals in sommige
charismatische kringen gesuggereerd wordt. Maar wat wel nodig is, is dat zijn
aanwezigheid ook aan ons geopenbaard wordt: we moeten ons bewust worden van
zijn nabijheid en ontvankelijk worden. In de gezamenlijke aanbidding wil God de
blinddoeken van onze ogen doen en ons een glimp laten opvangen van zijn
adembenemende, Goddelijke aanwezigheid.
In Gods nabijheid mogen we zijn zegeningen
ontvangen: vernieuwing (Hosea 6:3), verandering naar het beeld van zijn heerlijkheid
(2 Kor. 3:17-18), bevrijding (Psalm 97:3), troost (Jesaja 51:12), vreugde
(Psalm 16:11, Jesaja 51:11) en vrede (Jesaja 9:6). Het is geen toeval dat dit
precies datgene is, waar de wereld naar hongert en dorst.
Missen we het
nog?
Niet veel mensen ervaren die ‘nabijheid’ van God in
onze kerkdiensten. Hoe goed de muziek ook is of hoe cool de filmpjes op de
beamers, dat is niet waar zoekers naar op zoek zijn. Waarom zouden ze in
vredesnaam naar onze diensten komen, als ze Gods nabijheid er niet ervaren?
Aanbidding zonder de ervaring van Gods aanwezigheid, is net zoiets als in
jezelf praten – maar dan saaier. Als kerkmensen zijn we misschien zo gewend
geraakt aan het niet ervaren van Gods aanwezigheid, dat we het niet eens
missen. Maar een zoeker zal het zeker missen.
Gods
verantwoordelijkheid of de onze?
Gods nabijheid is niet iets dat we ‘ teweegbrengen’
door bepaalde omstandigheden te creëren, het is niet manipuleerbaar. Het is
evenmin zo dat we maar moeten afwachten of God nabij zal zijn. God is aanwezig,
maar het is aan ons om ‘in te gaan’ in zijn aanwezigheid.
Hoewel we Gods nabijheid niet kunnen manipuleren,
kan God zijn zelfopenbaring wel van ons laten afhangen. ,,Nader tot God en Hij
zal tot u naderen’’, schrijft Jakobus. God kan wachten met zijn aanwezigheid
aan ons te openbaren, Hij kan wachten tot wij dicht bij Hem komen. C.S. Lewis zei daarover: ,,It is
in the process of being worshipped that God communicates His presence to men.’’
Twee elementen zijn
daarin onmisbaar: waarheid en lofprijzing. God openbaart zich in waarheid
(Johannes 8: 31-32, Psalm 25: 8-10). En God troont op onze lofzangen (Psalm
22:4). Ontbreekt de onversneden, bijbelse Waarheid van het koningschap van
Jezus en van zonde, gerechtigheid en genade, of ontbreekt onze toegewijde
aanbidding, dan kun je nog zo’n doortimmerde preek hebben of nog zo’n
doordachte liturgie, maar daarmee zal je niet Gods aanwezigheid kunnen
bewerkstelligen.
2. Kennis
– christocentrische aanbidding
De tweede basisvoorwaarde is kennis: weten wie we aanbidden.
We aanbidden geen onpersoonlijke goddelijke kracht of aanwezigheid, maar de God
van Abraham, Izaak en Jakob, de God die zich in zijn Woord openbaart: heilig,
rechtvaardig, toornend over de zonde, jaloers, genadevol, liefdevol. Dit
betekent dat Gods karakter, zoals Hij dit in zijn Woord aan ons openbaart,
integraal deel moet uitmaken van onze samenkomst. Geen eenzijdige nadruk op
alleen zijn liefde, of alleen zijn toorn over de zonde, maar zijn hele wezen.
Laat de hele dienst – niet alleen de preek – christocentrisch zijn: gericht op
Christus en zijn genade. Laat alles ervan doordrongen zijn dat we zondiger
tegenover God staan dan we ooit kunnen peilen, en tegelijk geliefder door God
dan we zouden durven dromen. De Here Jezus Christus kreeg wat wij verdienden:
de doodstraf op de zonde, opdat wij ontvangen wat Hij verdient: vrijspraak en
Gods eeuwige liefde.
Vaak worden liederen gezocht bij het thema van de
preek. Maar dan is de aanbidding al snel eenzijdig, en zeker niet
evangeliserend. In plaats daarvan zou ook de aanbidding verkondiging moeten
zijn van Gods karakter en zijn Evangelie in Christus. De hele samenkomst moet
daarvan doordrongen zijn en de genade in Christus verkondigen aan gelovigen en
zoekers.
3.
Kwetsbaarheid – je openstellen voor God
We verlangen ernaar God te kennen, maar evenzeer verlangen we ernaar door Hem gekend te zijn. In het diepst van ons
hart hunkeren we ernaar om kwetsbaar bij Hem te mogen zijn, om te weten dat Hij
van ons houdt ook al kent Hij ons in onze allerslechtste momenten. Zeker in
onze tijd is dit een diep verlangen van veel mensen: zich gekend en
onvoorwaardelijk geliefd te weten.
Eerlijkheid en authenticiteit zijn meer dan ooit
belangrijk. Mensen moeten ervaren dat ze gebroken, geschonden en zondig bij
Christus (en in zijn gemeente!) mogen komen. Dat juist dit de essentie is van
de genade van Christus.
Verbroken van hart
Dit impliceert niet dat je zonde relativeert,
integendeel: wees heel duidelijk over zonde en de noodzaak van vergeving. Als
mensen naderen tot God, zal je zien dat zonde heus geen begrip is waarmee je
niet meer aan kunt komen. Juist in aanbidding overtuigt de Geest ons van zonde
en worden we eerlijk over wie we zijn voor God. Aanbidding helpt ons om tot
bezinning te komen en ons over te geven aan God, of we nu christenen zijn of
zoekers.
Als onze aanbidding werkelijk een plaats is waar
mensen kwetsbaar mogen zijn en eerlijk kunnen worden tegenover God, en waar God
hen kan helen door zijn Evangelie, dan zullen onze samenkomsten nooit meer
dezelfde zijn.
4. Interactie – participeren in een relatie
met God en anderen
In onze kerkdiensten hebben we de meeste
handelingen gedelegeerd naar de dominee op de kansel (traditionele dienst) of
de mensen op het podium (moderne dienst). We zitten op onze stoel en kijken
toe. Maar we kunnen niet werkelijk deel hebben aan de aanbidding, niet
werkelijk deelnemen, als we nauwelijks expressiemogelijkheden hebben. Mensen
kunnen geen interactie met God hebben, als ze zelf niets kunnen doen.
Morgenthaler reikt tal van suggesties aan,
variërend van ‘ open gebed’ tot ruimte
bieden aan mensen om te knielen of stil in gebed te gaan, van het delen van
getuigenissen tot in drietallen met en voor elkaar bidden.
Waar het om draait
Aanbidding die interactief is, zowel verticaal (tussen
God en mens) als horizontaal (tussen mensen onderling), is bijbelse aanbidding.
Zulke aanbidding heeft een diepe uitwerking op levens van mensen. Het opent
niet alleen communicatielijnen met een heilige en liefdevolle God, maar bewerkt
ook heling en groei voor hen die geroepen zijn in Gods naam.
Als we echt willen dat onze samenkomsten
evangeliserend zijn, als we echt verschil willen maken in de levens van mensen,
dan zorgen we ervoor dat iedereen actief kan deelnemen. Dat vergt creativiteit
en we moeten best wat drempels over. Maar het zal mensen tot zegen strekken,
als we hen in de aanwezigheid van God mogen brengen.
Hoofdstuk
6
Culturele
relevantie opnieuw doordenken
Er moet altijd contextualisatie plaatsvinden, het
Woord moet incarneren in elke tijd en cultuur. Wat in de ene cultuur
betekenisvol is, heeft in een andere cultuur geen betekenis of een hele andere
lading. Zendelingen weten dat, en in onze postchristelijke cultuur zijn we
inmiddels ook zendingskerk in eigen land.
Morgenthaler benoemt vervolgens een aantal
culturele verschuivingen en haalt opnieuw de reformatorische theoloog Webber
aan, die stelt dat de protestantse diensten te eenzijdig rationeel zijn
geworden en te eenzijdig nadruk leggen op de verbale communicatie – de zinsnede
dat geloof ‘door het Woord’ is, zijn we
gaan vereenzelvigen met verbale communicatie, terwijl bedoeld is: door het
Evangelie van Christus, de Logos.
Betekende ‘culturele gevoeligheid’ in de jaren tachtig wellicht dat we bepaalde
traditionele en spirituele elementen uit de diensten moesten verwijderen,
inmiddels betekent het dat juist spiritualiteit weer een plaats moet krijgen,
maar ook besef van de eeuwenoude traditie van de kerk.
‘Cultureel relevant’ betekent niet dat de traditie er niet meer
toe doet, en evenmin dat we gegijzeld worden door de eigentijdse cultuur. De
kerk zal immers ook altijd tegencultuur zijn, vanuit het ‘op-de-kop-karakter’
van het Evangelie van Christus. Het gaat er niet om de nieuwste trends te
volgen, maar om echt te zijn, authentiek: mensen in de aanwezigheid van God
nodigen, de Logos present te stellen, het Koninkrijk verkondigen, de liefde van
Christus beantwoorden, en in dit alles oprecht en eerlijk zijn.
Deel
III
Worship
Evangelism Applied
In dit derde deel (dat de tweede helft van het boek
beslaat, p. 145-300) werkt Morgenthaler het voorgaande heel concreet en
praktisch uit. Uitvoerig analyseert de verschillen tussen de generatie van
babyboomers (Boomers) en de generatie die in de jaren negentig opkwam
(Busters), zeg maar: Generatie Nix. Hoewel hier merkbaar is dat het boek
inmiddels ruim tien jaar oud is (de Nixers beginnen inmiddels veertigers te
worden), zijn haar analyses en handreikingen beslist inzichtgevend.
Morgenthaler, zelf ook aanbiddingsleider, maakt het
vooral ook heel praktisch en toegepast. Ze interviewt een aantal
aanbiddingsleiders en voorgangers uit uiteenlopende kerken over hun
praktijkervaringen rond liturgie en aanbidding, en trekt hier lessen uit. Ze
geeft voorbeelden van liturgieën en analyseert verschillende typen van
liederen.
Dit laat zich nauwelijks zinvol samenvatten. Ik
noem hier alleen een puntsgewijs overzicht van handreikingen voor diensten voor
postchristelijke generaties.
12
Handreikingen voor diensten voor postchristelijke generaties
1. Stel je tot doel om mensen in de aanwezigheid
van God te leiden
• Laat het een samenkomst zijn van God en mensen. Een samenkomst waar
het niet ‘over God gaat’, maar waar mensen God mogen ontmoeten en zijn liefde
en heling ervaren.
2. Wees echt, niet gelikt
• Verheerlijk
God, manipuleer mensen niet.
• Creëer geen
imago. Wees wie je werkelijk bent.
3. Streef naar uitmuntendheid in alles wat je
doet. Maar onthoud drie dingen:
• Perfectie is
Goddelijk
• Vergissen is
menselijk
• Streef naar uitmuntendheid, maar let erop dat het je niet stiekem gaat
om je eigen ego of imago als kerk. Zoekers prikken er feilloos doorheen als je
niet oprecht bent en uit bent op eigen eer.
4. Creëer deelnemer, geen toeschouwers
• Biedt zoveel mogelijk mogelijkheden voor mensen om God te antwoorden,
op Hem te reageren, interactie te hebben met God.
5. Wees nooit saai
• Doe elke week
iets nieuws, iets anders, iets onvoorspelbaars.
• Val niet terug
op de automatische piloot met vaste liturgieën en formats.
6. Wees persoonlijk. Wees relatiegericht. Wees
een gemeenschap
• Geef ruimte
voor persoonlijke getuigenissen. Laat hen van echte mensen horen hoe God in
levens werkt, levens van mensen zoals zijzelf.
• Verwijs is je
preken naar bestaande mensen (bijvoorbeeld gemeenteleden) en echte gebeurtenissen.
• Creëer
zorgvuldig gelegenheid voor interactie tussen mensen, voor wie dat wil. Laat
dat ‘veilig’ en onopgelegd zijn. Denk aan ruimte om ervaringen te delen, samen
te bidden, voorbede te ontvangen.
7. Wees relevant
• Ga tot het
uiterste om de belevingswereld van je mensen te kennen en begrijpen.
• Wantrouw
altijd de stereotiepen en vooronderstellingen die je in je hoofd hebt.
• Gebruik het
beste dat de cultuur te bieden heeft om het Evangelie over te brengen.
• Gebruik
visuele middelen (film, multimedia), maar alleen als het dienstbaar is. Sta
niet toe dat het ten koste gaat van de actieve betrokkenheid van mensen zelf.
8. Laat leeftijdgenoten (jongvolwassenen) de
leiding hebben
• Investeer in jongeren en jongvolwassenen door ze te trainen en coachen
in leiderschap, in alle geledingen van je gemeente.
9. Laat de muziek echt hún muziek zijn
• De muziek waar
jongeren en jongvolwassen naar luisteren, dát is de taal van hun hart. Als je
wilt dat ze echt uit hun hart kunnen aanbidden, spreek dan die taal van hun
hart. Laat de band bestaan uit leeftijdgenoten, die dezelfde muziektaal hebben.
• Het gaat niet
om de band of de muziek, maar om aanbidding van God. Maak de band ondergeschikt
en laat alles gericht zijn op God.
10. Integreer de roots van de kerk
• Verwerk soms ook meer traditionele liederen, in een nieuw jasje. Maak
gebruik van elementen uit de rijke cultuurgeschiedenis van de kerk, inclusief
de Vroege Kerk. Versterk het besef opgenomen te zijn in een eeuwenoude
traditie.
11. Duik diep in de Bijbel
• Maak het
persoonlijk en pas lessen praktisch toe op onze levens nu.
• Schrik er niet
voor terug om stevig bijbels onderwijs te bieden en grondig in te gaan op
gezonde bijbelse leerstukken.
• Zorg voor een
gezonde balans in de prediking, wissel
goed af: praktische toepassing, exegetische preken, thematische preken.
12.
Respecteer hun tijd
• Wees compact
en doelgericht, laat dingen niet langer duren dan nodig
• Jonge
generaties kunnen heus wel langere tijd geconcentreerd blijven, mits ze actief betrokken
kunnen zijn. Bij eenrichtingsverkeer vanaf de kansel of het podium haken ze
snel af. Maar niet als ze betrokken zijn en er ruimte is voor actieve respons.
• Laat je niet
leiden door de klok of je strakke tijdschema, maar door de Geest. Als God iets
belangrijks aan het doen is in de gemeente, breek dat dan niet af omwille van
je tijdschema, maar geef er ruimte aan.
Bovenstaande tekst is het tweede deel (slot) van
een samenvatting van: ‘Worship Evangelism– inviting unbelievers into the
presence of God’, door Sally Morgenthaler (Zondervan 1995, 1999).
Samenvatting en bewerking: Ronald Westerbeek.
No comments:
Post a Comment