Regelmatig zijn er verhalen over moslims
die in een droom Jezus zouden zien. Gebeurt dat echt zo vaak? En hoe moeten we
dit duiden? Aan het woord: Samer Younan (ICF Amersfoort) en Herman Takken (Evangelie & Moslims): ,,Mijn ervaring is dat bijna alle christenen van moslimhuize tot geloof zijn gekomen omdat God op een bijzondere wijze tot hen sprak in een droom, visioen of wonder.’’
[Een artikel dat ik in 2009 schreef voor opinieblad cvkoers, met onderaan een aantal getuigenissen]
,,Dit voorjaar droomde Fatima, een
Marokkaanse moslima, dat ik haar een geschenk wilde geven. Maar telkens als ze
het wilde aannemen, werd ze afgeleid door haar moeder, die haar vanuit Marokko
riep, met uitgestrekte handen. ‘Je moet het geschenk niet aannemen, maar naar
mij komen’, zei haar moeder. Toen ze wakker werd, klopte ik juist op haar deur.
Ik wist natuurlijk niets van haar droom, maar ik had een cadeau voor haar bij
me. Het was een schilderij, met daarop een uitgestoken hand van Jezus, en de
tekst uit Jesaja 41:13: ‘Want ik ben de Heer, je God, ik neem je bij je
rechterhand en zeg je: Wees niet bang, ik zal je helpen’. Ik had dat schilderij
voor iemand anders gekocht, maar die ochtend kreeg ik in mijn stille tijd sterk
op mijn hart dat ik het aan Fatima moest geven. Dat dit gebeurde, was voor
Fatima een geweldige bevestiging dat ze de islam moest loslaten en Jezus’ hand
mocht grijpen.’’
Aan het woord is Samer Younan, evangelist
van ICF Amersfoort (CGK/GKv). Hij is zelf afkomstig uit Syrië en studeerde
theologie aan de gereformeerd-vrijgemaakte Theologische Universiteit in Kampen.
Dat God door dromen en gezichten spreekt tot moslims, kan hij uit eigen
ervaring bevestigen. Sterker nog, bijna alle moslims die hij tot Christus mocht
leiden, ontvingen dromen waarin meestal een Persoon in een stralend wit gewaad
aan hen verscheen, van wie ze meteen wisten: Dit is Jezus. Sommigen waren nog helemaal niet bezig met het
christelijke geloof, maar wel op zoek naar verdieping van hun geloof in God. In
hun droom maakte Jezus hen duidelijk: ‘Als je dichter bij God wil komen, moet
je bij Mij zijn’. Anderen waren al wel in aanraking gekomen met het Evangelie
en werden door dromen bemoedigd in hun geestelijke zoektocht, zoals Fatima.
,,Vlak voordat we Fatima zouden dopen,
afgelopen juni, voelde ze zich opeens heel erg moe, ze was echt volledig
uitgeput. Het was duidelijk dat er een geestelijke strijd woedde om haar
zielsbehoud. We hebben met haar gebeden. Die nacht kreeg ze een droom: Een
afzichtelijke, duistere man bleef haar achtervolgen en maakte haar angstig.
Toen verscheen een witte gedaante, in een stralend licht, die haar bemoedigde:
‘Wees niet bang, Ik ben met je’. In haar droom zei ze: ‘Ja, dat is waar, ik ben
christen’. Toen ze die belijdenis had uitgesproken, verschrompelde de duistere
gestalte voor haar ogen en verpulverde tot stof. Toen ze wakker werd, was ze
blij en niet langer moe.’’
,,En moet je horen wat er gisteren
gebeurde’’, zegt Samer met twinkelende ogen. ,,Drie jaar geleden had ik contact
met een moslima, elders in Nederland, die een droom kreeg waarin Jezus haar
wenkte en zei: ‘Volg Mij, we gaan deze weg’. Ze keek, en zag dat het een
duistere en moeilijke weg was, en ze zei: ‘Dat kan ik niet!’ Jezus stelde haar
gerust: ‘Geef Mij je hand, ik help je erdoorheen’. De volgende ochtend werd ze
zo blij wakker, dat ze meteen haar moeder belde, en zei: ‘Ik word christen!’
Haar moeder zei meteen: ‘Als dat zo is, dan ben je niet langer mijn dochter’. Drie
dagen voordat ze gedoopt zou worden, verdween ze spoorloos met haar man en
kinderen. Alle druk vanuit de moslimgemeenschap was haar te veel geworden. Met
geen mogelijkheid kon ik haar meer traceren. Gisteren belde ze me opeens: ‘Ik
wil verder met Jezus’, zei ze, ‘Hij heeft me er doorheen geholpen’.’’
Voor Samer is het een vanzelfsprekende
zaak dat God spreekt, bemoedigt en onderwijst door middel van dromen en
gezichten. Hij maakt het te veel mee om te kunnen twijfelen aan Gods krachtige
werking door dromen. De voorbeelden die hij noemt, zijn talrijk en divers. Ook
in zijn eigen wandel met God spelen dromen een zekere rol. ,,Juist op die
momenten dat ik uitgeput of erg ontmoedigd was in het delen van het Evangelie,
of met zware geestelijke tegenstand te kampen had, heeft God mij en mijn vrouw
Betty willen bemoedigen met dromen. Als je een droom ontvangt van God, is dat
zo heerlijk, het geeft zo’n geweldige rust en vrede in je hart.’’
Studiecommissie GZB en E&M
,,Of zulke dromen veel voorkomen onder
moslims? Ik denk dat je rustig kunt stellen dat het een van de belangrijkste
wegen is waarlangs moslims tot geloof in Jezus Christus komen’’, zegt Herman
Takken, stafmedewerker van Evangelie & Moslims en reeds tientallen jaren
betrokken in het evangeliserende contact met moslims in Nederland. ,,Mijn
ervaring is dat bijna alle christenen van moslimhuize tot geloof zijn gekomen
omdat God op een bijzondere wijze tot hen sprak in een droom, visioen of
wonder. Niet alleen in zogenaamde ‘gesloten landen’, maar ook in Nederland.’’
Tien jaar geleden maakte Herman deel uit
van een gezamenlijke studiecommissie van E&M en de Gereformeerde zendingsbond
GZB, die specifiek onderzoek deed naar de talloze getuigenissen van dromen en
visioenen onder moslims. Dit resulteerde onder meer in de uitgave van het
boekje Vreemde Gasten. Dromen en wonderen
in het contact van christenen met moslims. Sinds die tijd is Herman
getuigenissen blijven verzamelen (zie hieronder). Momenteel werkt E&M aan een
website waarop een aantal van deze getuigenissen in het Arabisch en Turks te
lezen zullen zijn. ,,In onze westerse cultuur is een sluitende redenering een
bewijs van waarheid, maar in de oosterse cultuur hebben bijzondere dromen meer overtuigingskracht’’,
legt Herman uit. ,,Zo’n droom brengt moslims tot de overtuiging dat het
Evangelie van Jezus Christus werkelijk waarheid is.’’
Het helpt ex-moslims ook in het doorgaans
moeilijke gesprek met hun omgeving. ,,Vaak worden ze aangevallen op hun
bekering en krijgen ze het verwijt dat ze zijn afgevallen van de ware, logische
en meest zuivere godsdienst. Ze kunnen dan in discussie gaan, maar redeneringen
zullen hun moslimomgeving niet overtuigen. Wat hen dan zal sterken - maar ook
hun omgeving kan overtuigen - is dat ze erop kunnen terugvallen dat God zelf
hen riep in een droom of visioen.’’
Westers denken
Nederlanders staan vaak raar te kijken als
een (ex-)moslim vertelt over een droom waarin Jezus verscheen. ,,Als westerse
christenen zijn we soms wel erg gestempeld door een westers denken dat
nauwelijks ruimte laat aan wonderen en alles zoekt te verklaren’’, vindt
Herman. ,,Dromen duiden we het liefst in termen van Freud, die dromen analyseerde
en terugbracht tot psychische processen. Toch laat de Bijbel duidelijk zien dat
God soms wil spreken door dromen en gezichten. Dan getuigt het van christelijke
wijsheid om daarvoor open te staan. In 1 Tessalonicenzen 1 lezen we dat de
evangelieprediking van Paulus ‘niet slechts in woorden kwam, maar ook in kracht en in de heilige Geest en in grote
volheid’. Het is die kracht die moslims overtuigt van de waarheid, door
dromen en wonderen. Zo’n droom of wonder kan een beginpunt zijn, of duwtjes in
de rug terwijl ze onderweg zijn, om hen te helpen los te komen van hun eigen
achtergrond en vol te houden.’’
Maar waarom krijgen westerse christenen
nauwelijks zulke dromen en komt het onder moslims kennelijk zo veel voor? Werkt
God echt anders onder moslims, of zijn moslims geneigd hun dromen te
overinterpreteren? ,,Onder moslims leeft veel sterker dan onder westerlingen de
concrete verwachting van visioenen en wonderen’’, zegt Herman. ,,In de Koran
zijn slechts enkele vermeldingen van droomgezichten, maar de tradities van
Mohammed spreken er veel meer over. En vooral in het volksgeloof spelen dromen
een grote rol. Een Syrische ex-moslim vertelde me dat zijn moeder altijd een
Arabisch boek over dromenuitleg op haar nachtkastje had liggen. Men is veel
ontvankelijker voor bijzondere dromen. Moslims hebben ook een speciaal gebed
als ze twijfelen over bepaalde keuzes die ze moeten maken, de Salaat istikhara. Daarna kan God tot hen spreken
door een droom of wonder.’’
,,Het maakt echt deel uit van de Arabische
volkscultuur’’, zegt ook Samer. ,,Westerlingen hebben een leescultuur, jullie
leren door te lezen. Vergeet niet dat veel moslims analfabeet zijn, of in elk
geval veel minder gewend om te lezen. Wij leren niet zozeer door te lezen, maar
door ontmoetingen en mondelinge overlevering. Ook het openstaan voor
‘bovennatuurlijke’ ontmoetingen en boodschappen hoort daarbij.’’
En God sluit daarbij aan? Of zou het
kunnen dat er ook veel inbeelding en bijgeloof is? ,,Natuurlijk moet je
onderscheiden’’, reageert Herman. ,,Er kan bijgeloof in het spel zijn. Toch wil
ik niet terughoudend reageren als een moslim zijn droom met me deelt. Het is
mijn ervaring dat God veelvuldig dromen en wonderen wil gebruiken om
mensenharten te bereiken. In het contact met moslims mag je hen dan verder
helpen richting Christus.’’
Onderscheiding
Hoe kun je onderscheiden tussen dromen die
God geeft en bijgeloof? En: Kunnen dromen ook afkomstig zijn van satan? ,,De
duivel zoekt altijd naar ingangen in je leven, en dat geldt ook voor
culturen’’, waarschuwt Samer. ,,Zoals God aansluit bij culturen, doet satan dat
ook. Dus als God dromen gebruikt om moslims te bereiken, dan doet satan dat
ook. Hij doet zich soms voor als een engel van het licht. Dus het is belangrijk
om de geesten te onderscheiden.’’
Maar hoe doe je dat? Een andere evangelist onder
moslims, die vanwege de gevoeligheid van dit onderwerp anoniem wil blijven,
vertelt: ,,Ik sprak een jonge ex-moslim, wiens vader was gedood door
moslimterroristen. Hij had een droom gehad, waarin een engel zei dat zijn vader
niet dood was en dat Jezus hem zou redden. In de droom liep hij met de engel
mee, door een poort en tussen allemaal scherpe zwaarden door, maar hij bleef
ongedeerd. Door de poort kwam hij in de hemel en daar zat zijn vader, maar
‘Jezus’ bleek de profeet Mohammed te zijn. Op zo’n moment weet je dat zo’n
droom een leugen van satan is, om deze jonge christen terug te veroveren. De
belangrijkste toetssteen voor dromen is dat ze in overeenstemming moeten zijn
met het Evangelie van Jezus Christus en met Gods openbaring in de Bijbel.’’
Herman heeft nooit meegemaakt dat er
sprake was van zulke directe satanische beïnvloeding door dromen. ,,Wel
bijgeloof. Of dat droomervaringen worden aangedikt, in sommige kringen maak je
dat wel mee, dan gaat het wel erg om de persoon en zijn ‘bijzondere ervaring’.
Maar dat merk je eigenlijk meteen al wel. De persoon is dan namelijk niet
veranderd, en de ‘sensatie’ is ook zo weer weg. Maar meestal is het anders. Dan
merk je gelijk: Hier is echt iets gebeurd, deze persoon heeft echt Jezus mogen
ontmoeten.’’
,,Dromen die van God komen, geven je heel
veel rust’’, weet Samer. ,,Als een droom juist onrust of angst teweegbrengt,
dan is het niet uit God.’’
Jaloers?
Als westerse christen kun je ook jaloers
worden op zulke droomervaringen. Missen we iets? Zouden we zelf ook
ontvankelijker moeten worden voor dromen en gezichten? ,,Westerse christenen
hebben méér bronnen om leiding van Gods Geest te ontvangen’’, zegt Samer.
,,Jullie hebben een leescultuur. Je kunt dagelijks de Bijbel bestuderen en
luisteren hoe God daar doorheen tot jou persoonlijk wil spreken en je wil
onderwijzen. Elke dag! Dat is zoveel rijker dan een droom die je maar soms
ontvangt. Heus, het is dezelfde God en het zijn dezelfde lessen, dus een droom
is niet beter. Verlang je ernaar dat God tot je spreekt? Bestudeer dan je Bijbel,
elke dag! Bid en luister. Wandel met de Heer, dag en nacht. Strek je uit naar álle
bronnen die God je geeft om uit te putten. Hij is met je, Hij zal je voeden met
alles wat je nodig hebt om te groeien in geloof.’’
Zie:
- Herman Takken en Niek Tramper (red.), Vreemde Gasten. Dromen en wonderen in het contact van christenen met moslims, Zoetermeer 2002, p. 80. Het boekje is niet meer verkrijgbaar in de boekhandel, maar nog wel te bestellen bij StichtingEvangelie & Moslims, voor 7,50 (excl. Verzendkosten).
Enkele getuigenissen:
,,Ik was moslim maar ik was steeds meer
teleurgesteld in het geloof, met de vaste gebeden en rituelen. Ik verlangde
naar een veel dieper contact met God. Dus ik begon in mijn eigen woorden te
bidden en vroeg Hem dichtbij te komen. Met mijn man kon ik dat gelukkig goed
delen. Maar toen werd hij terminaal ziek en ik wist niet hoe ik als vrouw
alleen verder zou moeten in mijn zoektocht naar God. Mijn broers zouden er
immers op toezien dat ik me zou houden aan de islamitische leefregels. Bij het
sterfbed van mijn man kreeg ik een ‘droom’, hoewel ik wakker was: Ik zag een
vriendelijke man, in stralende witte kleren. Hij zei: ‘Wees niet bang, Ik zal
bij je zijn. Je verlangt ernaar God echt te kennen, Ik ben de Weg’. In mijn
hart wist ik dat dit Jezus was.
Toen ik jaren later op een christelijke
conferentie was, zag ik opeens diezelfde Man in een visioen, ik zag het gewoon
voor me, boven de mensen in de zaal. Ik was klaarwakker. Hij bemoedigde me. En
ik wist: Ik ben christen.’’
(een
Marokkaanse vrouw, in Nederland)
...Toen ik kort daarna 's nachts wakker
werd, zag ik Jezus. Het was geen droom. Ik zag Hem naast mijn voeten staan,
tussen mijn spullen. Het was alsof Hij zei: 'Dit is de weg, ga door.' Als
persoon werd Hij heel concreet in mijn leven. Zijn aanwezigheid begon ik te
ervaren...
(uit een interview met Abdel,
een Marokkaanse ex-moslim. Bron: Vreemde gasten)
...Eens kreeg ik 's nachts een visioen
waarin ik Jezus zag. Hij hing aan het kruis en had op zijn hoofd een
doornenkroon. Daarna voer Hij ten hemel met de littekens van de kruisiging in
zijn handen. Sinds die nacht bleven de nachten voor mij verlicht ook al deed ik
het licht uit. Later kreeg ik weer een droom. Ik bevond mij in een kerk met
kaarsen en bad het Onze Vader. God Zelf had het mij geleerd want ik kende het
Onze Vader tot die tijd niet.
(Maria, ex-moslima uit Egypte. Bron: Vreemde
gasten)
Ze is afkomstig uit een
fundamentalistisch islamitisch milieu in Teheran. Op jonge leeftijd werd ze
tegen haar zin uitgehuwelijkt aan een zoon van een moellah (islamitische geestelijke). Dat werd een grote
lijdensgeschiedenis. Ze werd mishandeld en verkracht. Twee keer heeft ze een
zelfmoordpoging gedaan. De laatste keer nam ze zich voor de polsen door te
snijden met een scheermes. Uitgeput en verdrietig lag ze op bed. Toen kreeg ze
een verschijning:
‘Ik zag een man met een intens vriendelijk en liefhebbend
gezicht. Hij zei tegen mij: laat mij het maar doen. Hij sneed in mijn polsen.
Toen ik naar mijn polsen keek zag ik echter geen bloed, maar het teken van het
kruis.’
Verward en vermoeid viel ze in slaap. De volgende morgen,
vrijdag, de islamitische dag van de samenkomst, ging ze de straat op. Ze werd
aangesproken door twee onbekende jongemannen, die haar een zwart boekje in de
hand stopten en haar uitnodigden die avond naar een bepaald adres te komen.
Plotseling waren ze verdwenen. Het boek bleek een bijbel te zijn. ’s Avonds
bezocht ze het opgegeven adres. Het bleek een kerk te zijn.
(Iraanse ex-moslimse, een ingekort
verslag. Bron: Vreemde gasten)
Fatima is een jonge vrouw die ik op een conferentie ontmoette. Ze was streng islamitisch opgevoed en had nooit een christen ontmoet, totdat God in haar leven begon te werken. Haar leven begon te veranderen door haar dromen. Ze droomde van een kruis dat zich ontstrekte van haar kussen tot in de hemel, van een helder licht dat anderen meetrok naar boven en haar in duisternis achterliet, van een groot boek dat voor haar open lag en waarop met grote letters geschreven stond JEZUS IS DE ZOON VAN GOD. Lange tijd hield ze deze dromen uit angst voor zich. Ze was er zo door van streek dat ze zich stellig had voorgenomen het raadsel op te lossen. Ze ontmoette enkele meisjes van een Christelijke Zendingsschool en leende van hen een Nieuw Testament. Terwijl ze daarin las, realiseerde ze zich dat God tot haar had gesproken door haar dromen en haar de waarheid aangaande de Here Jezus Christus had geopenbaard. Tenslotte nodigde zij Jezus in haar leven.
Ze vertelde haar broers en zusters wat er was gebeurd. Dezen maakten haar duidelijk dat het gebeuren godslasterlijk was en een schande voor de familie. Toen ze er niet in slaagden haar er van af te brengen, begonnen ze haar te vervolgen en te martelen. Tenslotte besloten ze haar om het leven te brengen.
Op een nacht sloop haar zuster naar haar toe om te zien of ze sliep, zodat ze haar broers een teken kon geven om haar te doden. Maar een helder licht hield haar plotseling tegen. De enige richting die ze op kon gaan was terug naar haar slaapplaats. Ze keerde terug, verschrikt door het licht dat ze gezien had. De volgende morgen waarschuwde ze haar broers zich niet meer in te laten met Fatima, want ze werd beschermd door machtige geesten. Ofschoon Fatima gedwongen werd te trouwen met een fundamentalistische moslim, die haar zelfs opsloot om het contact met christenen te verhinderen, volhardde zij in haar nieuwe geloof. Haar man wilde graag kinderen, maar Fatima kreeg drie miskramen. Regelmatig getuigde ze bij haar man van Jezus en ze vertelde hem dat zij mogelijk geen kinderen konden krijgen, omdat hij niet in Jezus geloofde. In zijn wanhoop heeft hij haar toegestaan naar de kerk te gaan in de hoop dat ze een kind zouden krijgen. Daardoor kon zij de conferentie waar ik sprak meemaken. Nadat ze mij haar verhaal verteld had, vroeg ze mij voor haar man te bidden en om een kind voor hen beiden. Diep in mijn hart voelde ik dat God de wens van Fatima heeft gehoord en die wil vervullen. Ze huilde van vreugde toen ze van haar knieën opstond en zei: ‘De volgende keer als je komt, zullen wij met ons drieën zijn om je te ontmoeten, mijn man, ons kind en ik.’ Amen!
(een IFES stafwerker. Bron: Vreemde gasten)
En zo viel ik doodmoe in slaap. Toen kwam er een stem die mijn naam riep. Ik werd wakker en was meteen weer zo gespannen als een veer. “Jubril”, klonk het heel duidelijk. Ik dacht meteen dat het de duivel was die me riep en ik zei op een boze toon: “Wie ben je?” Toen zei die stem: “Ik ben Jezus.” Ik kan niet goed beschrijven hoe ik me op dat moment voelde. Het was als een schok, maar zeker niet een schok van geluk. Jezus sprak van ver en zei: “Ik heb je horen huilen en Ik ben nu gekomen om je te genezen en te troosten. Ik stuur je nu naar mijn mensen om hun te vertellen dat Ik Jezus Christus ben en dat Ik leef!” Ik was helemaal niet blij en ik zei tegen Jezus: “Waar was U toen mijn vader en moeder werden vermoord? Waar was U toen ze al onze bezittingen afpakten? En nu wilt U dat ik het evangelie verkondig en dat ik dus ook sterf? Ik ga helemaal nergens heen!” Het was even stil, maar toen antwoordde Jezus: “Maar je zult helemaal niet doodgaan, want Ik ben bij je! Jij zult leven en de mensen vertellen wat Ik in je leven heb gedaan.”
(uit een interview met Jubril, een Soedanese ex-moslim. Bron: Vreemde gasten).
In deze nacht kreeg ik een wonderlijke droom. Ik zag mezelf staan in het midden van een kruisvorm met een lage muur eromheen. Aan de rechterkant net voor de dwarsbalk. In mijn beide handen hield ik grote stapels witte kartonvellen. Deze hield ik aan de rechterkant van mijn lichaam. Aan de top van het kruis stonden een aantal mensen. Eén van hen was anders dan de rest. Deze Man stond voor een 'deuropening' en Hij leidde met Zijn linkerhand de mensen door de 'deur'. We droegen allemaal lange witte kleren. Achter de deur was licht maar verder kon ik niets zien. Het ene moment stond ik in de droom, het andere moment zag ik het kruis van boven. Ik begreep er niets van.
Toen ik de volgende morgen wakker was mijn hart vervuld met een bijzonder
geluksgevoel dat ik nooit eerder had ervaren. En mijn hart en lichaam was
gevuld met liefde. Ik voelde me alsof ik wilde lopen en iedereen vragen ken je
de Here Jezus? Het was een heel bijzondere emotie. Geluk dat ik tevoren niet
kende.
Na een jaar eerlijke Bijbelstudie begreep ik wat er was gebeurd. Ik had mijn weg naar God gevonden, de echte God, onze Here Jezus Christus. Ik hoop nu voor allen die mij lief zijn, mijn familie, vrienden en alle andere mensen dat ze zullen veranderen en de Bijbel zullen lezen op een eerlijke manier. Ik ben er zeker van dat God hen wil helpen om de weg te vinden.
Na een jaar eerlijke Bijbelstudie begreep ik wat er was gebeurd. Ik had mijn weg naar God gevonden, de echte God, onze Here Jezus Christus. Ik hoop nu voor allen die mij lief zijn, mijn familie, vrienden en alle andere mensen dat ze zullen veranderen en de Bijbel zullen lezen op een eerlijke manier. Ik ben er zeker van dat God hen wil helpen om de weg te vinden.
(uit een interview met een Syrische
ex-moslim. Bron: website van E&M)
No comments:
Post a Comment