Thursday, 15 September 2016

Hoe beoordeel je charismatische conferenties? Een handreiking

Vandaag in het ND een artikel dat ik schreef n.a.v. de There is More-conferentie van het Evangelisch Werkverband in de PKN, en de discussies die daarop volgden.
Enthousiaste deelnemers die Gods Geest geproefd hebben, lijken weinig open te staan voor theologische feedback: de Geest was er dus het was goed. Niet-charismatische critici wijzen op de "gebrekkige theologie" en lijken het hele gebeuren maar onzin te vinden: de context en theologie deugden niet dus het was niet Gods Geest.
Hoe kunnen we met iets meer nuance en diepgang met elkaar in gesprek zijn?
In mijn artikel doe ik een handreiking voor het beoordelen van charismatische conferenties en fenomenen.

De ND-versie is (heel netjes) ingekort. Bij deze het volledige artikel.

Een geestelijk leider belandt in het gezelschap van een aantal mannen die muziek maken voor God en in extatische vervoering zijn, en prompt wordt ook hij “gegrepen door de Geest van God”. Een andere geestelijke leider is vol van Gods Geest en danst uitzinnig in zijn ondergoed over straat. Soldaten die in de buurt komen van mannen die in extase aan het profeteren zijn, worden stuk voor stuk “overmand door de Geest van God” en ook zij raken in vervoering; iemand valt in de Geest op de grond en blijft een dag en een nacht liggen. Tijdens een christelijke bijeenkomst worden mannen én vrouwen massaal vervuld met Gods Geest en ze beginnen in tongen te spreken en te profeteren en het wordt zo rumoerig en chaotisch, dat voorbijgangers op straat denken dat die christenen te veel alcohol op hebben.
Gods Geest heeft soms kennelijk de neiging om dingen te doen die we ongepast en bizar vinden, en waarvan we denken: “Dit kan toch niet van God zijn?!” Bovenstaande voorbeelden zijn geen uitwassen binnen de charismatische beweging, maar we lezen het in het Oude en Nieuwe Testament (1 Samuel 10: 10; 2 Samuel 6: 14 – 21; 2 Samuel 19: 18 – 24; Handelingen 2: 1 – 13).

Niet te snel
Laten we daarom voorzichtig zijn in ons oordeel over medechristenen die vertellen dat ze gegrepen zijn door de Geest van God. Misschien oordelen we immers vanuit onze vooronderstellingen over hoe God is, en wat Hij wel en niet zou moeten doen. Staan we ervoor open dat God ook verrassend anders kan werken?
Wat niet helpt, is dat dit soort uitingen – geestvervoering, vallen in de Geest, 'schudden', profetie – vaak plaatsvinden op conferenties waarvan menig christen zich vervreemd voelt. De sfeer kan opzwepend en manipulatief zijn. Soms is er nauwelijks pastorale nazorg. De theologie die er doorklinkt, kan gebrekkig of ronduit ongezond zijn. Dit soort pastorale of theologische bezwaren zijn vaak terecht. Maar het betekent niet meteen dat de ervaringen van deze mensen niet van Gods Geest zijn.

Wat kan helpen bij de beoordeling van charismatische fenomenen, is het stapsgewijs onderscheiden van drie aspecten:
  • Wat is Gods Geest mogelijk aan het doen? Begin met deze vraag te stellen, zo open en onbevangen mogelijk. Koppel deze vraag los van allerlei overwegingen en emoties die bij je boven komen door de omstandigheden waarin een en ander gebeurt (en waartegen je wellicht hele terechte bezwaren hebt). Probeer ook je eigen gevoelens van ongemak of onrust even te parkeren. Wat gebeurt er in mensen? Zou dit de Geest van God kunnen zijn? Hoe zou dit jouw beeld veranderen van hoe God werkt in mensen?


Neem dán pas de context mee in je overwegingen:

  • Hoe wordt er pastoraal omgegaan met de geestelijke manifestaties? Als het gaat om een conferentie of kerkdienst, kan de rol van de leiding in het oog springen (zowel positief als negatief). Hoe reageren de leiders – leggen zij de nadruk op Jezus Christus, of op de bijzondere manifestaties op zich? Worden mensen gemanipuleerd? Wordt er pastoraal zorgvuldig omgegaan met mensen die op dat moment mogelijk kwetsbaar zijn – en dan denk ik zowel aan mensen die een diepe ervaring van Gods Geest hebben, als aan mensen die wel verlangen naar “meer van de Geest” maar helemaal niets ervaren, geen “aanraking”, geen tongentaal, geen genezing.
  • Hoe wordt datgene wat er gebeurt theologisch geduid of onderbouwd? Is er überhaupt aandacht voor bijbels onderwijs over wat er gebeurt? Is dit gezonde theologie? Biedt het mogelijk verrijkende inzichten, die helpen om te groeien in ons begrip van Gods werk? Of rammelt het, is het zwakke theologie? Of druist het zelfs in tegen de Bijbel?
Dit onderscheid kan helpen om oog te blijven houden voor het vernieuwende werk van Gods Geest, óók als dit in een context is waar leiders er onverstandig mee omgaan en de theologie niet deugt. Wanneer het dan de Geest van God is die werkt, laten we die dan niet afwijzen, maar dankbaar ontvangen. En als er terechte zorgen zijn over de beide andere punten – pastorale zorgvuldigheid en theologische duiding – laten we dan dienstbaar zijn.

There is More
Deze benadering kan ook helpen in de discussie die is ontstaan naar aanleiding van de There is More-conferentie van het Evangelisch Werkverband in de Protestantse Kerk. Juist als theoloog van de charismatische vernieuwing ben ik kritisch op de onderliggende theologie van Randy Clark, die sterk put uit theologische bronnen die niet de mijne zijn. Die theologie leidt vervolgens tot een benadering van de genezingsbediening die ik pastoraal niet verstandig vind. Tegelijk heb ik Gods Geest krachtig zien werken – velen zijn bemoedigd en gesterkt en doordrongen van Gods liefde en genade, en soms ging dat gepaard met uitingen die we in de protestantse kerken minder gewend zijn (maar die New Wine niet vreemd zijn, denk aan het bidden in tongen, of in de Geest vallen). Zelf ben ik óók diep aangeraakt en bemoedigd. Daar ben ik enorm dankbaar voor. Tegelijk wil ik, juist als theoloog van de charismatische vernieuwing, benadrukken: Laten we pastoraal zorgvuldig zijn, en steeds streven naar een goede theologische basis.

Is het Gods Geest?
Als we dan beginnen met die eerste vraag - Wat is Gods Geest mogelijk aan het doen? – dan dringt zich meteen de vraag op: Is het wel Gods Geest? Zeg niet te snel nee. Denk aan de voorbeelden die ik aan het begin gaf. Zo zijn er talloze voorbeelden te geven vanuit de Bijbel, waarin de Geest van God over mensen komt en hen aanzet tot dingen die bizar of zelfs stuitend zijn (drie jaar lang naakt over straat lopen, Jesaja 20), die indruisen tegen het gezonde verstand (met onverstandig weinig soldaten de strijd aangaan, Rechters 7), of die strijdig zijn met geloofsopvattingen (maaltijd houden met heidenen, Handelingen 10).

Drie richtlijnen kunnen helpen:
  • Is het consistent met hoe we het werk van de Geest leren kennen in de Bijbel? Zeg hier dus niet te snel nee, maar bestudeer Gods Woord en durf onder ogen te zien dat je er misschien naast hebt gezeten.
  • Wat is de vrucht van wat er gebeurt? Vrucht moet groeien, dus dit criterium behoedt meteen voor overhaast oordelen. Wat werkt het uit in de levens van mensen? Komen mensen tot geloof in Jezus Christus? Groeit in hen een dieper besef van Gods genade en liefde? Worden levens aangeraakt, hersteld en genezen?
  • Wordt God grootgemaakt? Gaan mensen leven als navolgers van Jezus? Wordt Gods naam geheiligd en wordt zijn wil gedaan, zodat zijn Koninkrijk zichtbaar wordt op aarde?


Ongemak
Het bovenstaande gaat eigenlijk allemaal over argumenten (pastorale zorgen, theologische bezwaren), die heel terecht kunnen zijn. Maar vaak speelt er nog iets anders mee in onze beoordeling van charismatische uitingen, namelijk ons eigen gevoel van ongemak. En ook dat mag er zijn. Wat we zien gebeuren, is misschien nieuw voor ons, het ziet er vreemd of bizar uit, en misschien voelt het zelfs bedreigend: “Als dit echt van God zou blijken te zijn, moet ik dit dan ook? Ben ik anders geen goede christen? Zou ik in de Geest moeten vallen? In tongen bidden? Wat gaat er dan allemaal gebeuren, en heb ik dan nog wel grip op mezelf?”
Dat zijn hele begrijpelijke reacties, en daar mag ook echt ruimte voor zijn. En laten we er alsjeblieft eerlijk over zijn: niet elke “manifestatie” is ook echt een uiting van de Geest. Soms is het “aangeleerd gedrag”, soms zijn mensen gewoon erg emotioneel, en ja, in elke kerk zijn er ook mensen die psychisch wat minder stabiel zijn.

Maar laat die nuchtere constatering - of je eigen ongemak - niet bij voorbaat bepalen hoe we oordelen over de geloofservaringen van medechristenen. Laten we vóórdat we die ervaringen beoordelen, biddend bij God komen en ons eigen hart onderzoeken: “Doorgrond mij, God, en ken mijn hart, peil mij…” Laten we tijd nemen om ons af te vragen: Welke gevoelens roept dit bij mij op, en waar komt dat vandaan? Ben ik open en ontvankelijk voor God en luister ik naar Hem? Ben ik bereid om me steeds door de heilige Geest te laten corrigeren in mijn denken en mijn voelen, en in datgene wat ik denk te weten over God?
En als we ons dan uitstrekken naar “meer van de Geest”, dan mogen we dat doen in het vertrouwen dat wanneer we de Vader vragen om zijn gaven, Hij ons iets goeds geeft (Lucas 11: 9 – 13).


Ronald Westerbeek is systematisch theoloog en doet promotieonderzoek (VU) naar charismatische vernieuwing. Hij is stafwerker Theologie en toerusting van New Wine Nederland.

5 comments:

  1. Manifestaties zijn doorgaans reacties van mensen op wat de geest doet in hen. De lat moet dus niet liggen bij 'zuiver de geest' maar bij een zuivere reactie op de geest. De vruchten dus, inderdaad! Zo heb ik best goede dingen zien komen uit Toronto destijds.
    Mooi genuanceerd stuk.

    ReplyDelete
  2. Bedankt voor deze heldere reflectie en duiding. Het waren drie zeer indrukwekkende dagen. voor sommigen hysterisch, voor mij historisch. Inderdaad, iets minder genuanceerd dan jij.
    Ik heb hierbij een belangrijke vraag. Wil je de cruciale zin uit je duiding nader uitwerken. Het betreft: "Juist als theoloog van de charismatische vernieuwing ben ik kritisch op de onderliggende theologie van Randy Clark, die sterk put uit theologische bronnen die niet de mijne zijn."
    Alvast bedankt, Jan Lok

    ReplyDelete
    Replies
    1. Dag Jan, in dit stuk ging het mij er juist om níet inhoudelijk te reageren op de theologie. Maar inderdaad: mijn opmerking verplicht mij om dit elders wél te doen. Dat gaat gebeuren: het Evangelisch Werkverband heeft mij gevraagd om op de komende theologendag (30 januari 2017) te reflecteren op die onderliggende theologie.

      Delete
  3. Als de basis niet klopt, de theologie van Randy Clark put uit theologische bronnen die niet de jouwe zijn, hoe kan iets dan volgens jouw toch van God en goed zijn? Als de theorie niet helemaal klopt maar we worden er wel door bemoedigd en gesterkt dan is dat voldoende? Is het niet juist het gevaar dat mensen die niet weten welk gedeelte van de theorie niet klopt, misschien wel bemoedigd worden maar ook het onjuiste gedeelte gaan geloven? En wie wijst ze dan op de onjuiste gedeelten? Als iedereen een bepaalde spreker ophemelt, dan juist dreigt het gevaar dat niemand meer kritisch luistert.

    ReplyDelete
    Replies
    1. Wat je eerste vraag betreft: dat is nu net de crux van mijn artikel. Het is goed om te onderscheiden wat we ervaren (dat kan Gods Geest zijn, en ik noem enkele criteria om dit te wegen), en de theologie die eraan opgehangen wordt. De "basis" van wat er gebeurt, is tenslotte niet de theologie, maar de werkzaamheid van Gods Geest. Gelukkig werkt Gods Geest niet alleen dáár waar de theologie helemaal deugt (dat zou niet best zijn). Vervolgens is het inderdaad goed om de theologische duiding die eraan gegeven wordt, te wegen - onderzoekt alles en behoudt het goede.

      Delete