Monday, 24 August 2015

Handboek bevrijdingspastoraat: Nuttig, maar te beperkt

In 2012 verscheen de Nederlandse vertaling van het handboek voor bevrijdingspastoraat van Peter Horrobin (Ellel Ministries). In ICF Amersfoort werkten we al met de oorspronkelijke Engelse uitgave, bij gebrek aan een beter handboek.
Goed dat het er nu een vertaling is, maar de behoefte aan een meer gedegen boek is groot. Ten eerste schiet de theologische onderbouwing en doordenking tekort. Ten tweede is dit handboek eenzijdig gericht op bevrijding, terwijl dit niet meer dan een geïntegreerd onderdeel van de pastorale counseling zou moeten zijn.

[Boekbespreking, die ik schreef voor opinieblad cvkoers]



Getuigt het van een onvolwassen geloof – of zelfs bijgeloof – als je rekent met het bestaan van demonen en kwade geesten, die invloed kunnen uitoefenen in het leven van de gelovige? Menig westers theoloog of christelijke psychiater vindt van wel. Zo’n verpersoonlijking en concretisering van het kwaad hoort bij een achterhaald, premodern wereldbeeld. Dat niet-westerse theologen er nog zo’n ‘naïeve theologie’ op na houden, betekent dat zij nog ‘door de Verlichting heen’ moeten.
Enkele jaren geleden veegde de Zuid-Afrikaanse theoloog Gerrit Brand de vloer aan met die houding, in een overtuigend proefschrift over criteria die aangelegd kunnen worden om theologieën te beoordelen (uitgegeven in de reeks Contributions to Philosophical Theology, onder redactie van Gijsbert van den Brink en Vincent Brümmer). Volgens Brand berust die westerse scepsis op dubieuze vooronderstellingen en kun je niet stellen dat de niet-westerse visie op demonen ‘minder wetenschappelijk’ zou zijn. Als westerse wetenschappers psychologische of fysiologische verklaringen geven voor ‘occulte manifestaties’ en doen alsof daarmee is aangetoond dat er niks spiritueels aan de hand is, is dat op zijn minst reductionistisch, aldus Brand. Dat er psychische factoren meespelen, sluit immers in het geheel niet uit dat persoonlijke kwade machten er de hand in hebben.

Toegenomen nood

Er is theologisch goede grond om te rekenen met de destructieve werking van demonen. Minstens zo belangrijk is dat de pastorale praktijk daar aanleiding toe geeft. In een samenleving die steeds veelkleuriger wordt, krijgen kerken vaker te maken met ervaringen van mensen uit andere culturen. Migrantenchristenen getuigen van de ontwrichtende invloed van ‘witchcraft’, winti en demonische belasting. Maar ook autochtone Nederlanders kloppen steeds vaker met ‘ongebruikelijke hulpvragen’ bij de kerk aan, constateert dr. Mart-Jan Paul. Door de toegenomen openheid voor het paranormale, lijken steeds meer mensen gebukt te gaan onder occulte invloeden, schrijft hij in zijn uitgebreide voorwoord. De nood is hoog en mensen mogen verwachten dat de kerk hen kan helpen op dit geestelijke terrein.
Daarom is Paul blij met de verschijning van de Nederlandse vertaling van Healing through deliverance, in de Angelsaksische wereld al lange tijd een veelgebruikt handboek. Horrobin is de oprichter van Ellel Ministries, een organisatie die in Groot-Brittannië sinds de jaren tachtig trainingen verzorgt op het terrein van pastorale counseling en bevrijding.

Het is inderdaad goed dat dit handboek er is. Met de oorspronkelijke Engelse uitgave ben ik al enkele jaren vertrouwd. In de context van onze multiculturele gemeente ontkomen we er niet aan dat we iets moeten met de pastorale nood op dit terrein. Toch ben ik niet onverdeeld gelukkig met dit handboek. Mijn terughoudendheid is tweeledig. Ten eerste schiet de theologische onderbouwing en doordenking tekort. Ten tweede is dit handboek eenzijdig gericht op bevrijding, terwijl dit niet meer dan een geïntegreerd onderdeel van de pastorale counseling zou moeten zijn. Die eenzijdigheid werkt in de hand dat christenen dit gaan oppakken als een afzonderlijke, para-kerkelijke bediening in ‘bevrijdingsteams’, terwijl het mijns inziens thuishoort in het geheel van pastorale zorg in de plaatselijke gemeente.

Inzichtgevend

Het boek omvat twee delen. Deel één biedt een onderbouwing vanuit de Bijbel, deel twee gaat concreet in op de praktijk van de bevrijdingsbediening: hoe herken je demonische gebondenheid, hoe kunnen demonen ingang vinden in je leven, hoe ga je concreet te werk in de bediening van bevrijding?

In het eerste deel gaat Horrobin uitvoerig in op hoe de Bijbel spreekt over de zondeval en de macht van Satan, over demonen en het werk van boze geesten. Het plaatst dit in het grotere geheel van Gods reddingsplan en de belofte van de komst van zijn Koninkrijk. Vanuit dit perspectief belicht hij in het bijzonder de Evangeliën en de bediening van Jezus Christus. De aankondiging van het Koninkrijk van God betekent een ‘oorlogsverklaring’ van God aan het adres van het rijk van de duisternis. Dit perspectief biedt interessante en verrijkende inzichten. Meerdere ‘merkwaardige’ zinsneden of observaties die we tegenkomen in bijvoorbeeld het bijbelse getuigenis van Jezus’ wonderen van genezing en bevrijding, worden inzichtelijk. Waar theologen zich soms in vreemde exegetische bochten moeten wringen om een uitspraak of handeling van Jezus te verklaren (bijvoorbeeld waarom Jezus in ogenschijnlijk vergelijkbare gevallen de ene keer geneest en de andere keer een demon uitwerpt), blijkt het perspectief van Horrobin behoorlijk consistent.

En toch heb ik moeite met zijn betoog. Horrobin is geen theoloog en dat wreekt zich. Hij leest wel heel letterlijk, geeft zich geen rekenschap van exegetische of hermeneutische overwegingen, verbindt soms hele forse conclusies aan een enkele passage en gaat hier en daar echt aan de haal met een tekst. Zeker waar hij met grote stelligheid tot een erg uitgewerkte demonologie komt, is de bijbelse onderbouwing flinterdun. Horrobin is überhaupt geen sterke schrijver: uiteenzettingen zijn niet altijd even gestructureerd en beargumenteerd. Hier en daar debiteert hij evangelisch-fundamentalistische stelligheden die ofwel simplistisch zijn (bijvoorbeeld over schepping en evolutie), ofwel ronduit stuitend (bijvoorbeeld zijn beoordeling van homoseksualiteit). Om ernstige valkuilen in het pastoraat te vermijden, is een bredere en meer zorgvuldige theologische inbedding echt noodzakelijk – óók binnen een handboek als dit. Gedegen theologen als N.T. Wright, Christopher Wright en Graham Twelftree geven uitstekende aanzetten tot een bijbels verstaanskader voor de bevrijdingsbediening (zie hieronder).

Praktijkervaringen

Toch doen theologen er goed aan hun weerstanden even te parkeren en vooral door te lezen in dit handboek. Hier spreekt inderdaad geen theoloog, maar wel dertig jaar praktijkervaring met de bediening van bevrijding. Veel van wat Horrobin schrijft over demonen en de bevrijdingsbediening is gebaseerd op zijn ervaringen in het pastoraat. En wie zelf in het pastoraat te maken heeft gekregen met ervaringen van demonische gebondenheid en occulte invloeden, zal veel herkennen in wat hij beschrijft. Specifieke manifestaties lijken inderdaad te wijzen op bepaalde oorzaken van gebondenheid. Demonen reageren inderdaad zoals beschreven op de confrontatie met Gods waarheid en autoriteit. De wijze waarop gebondenheid verbroken kan worden en mensen bevrijding mogen ervaren, stemt veelal overeen. Dit handboek kan – bij gebrek aan beter – dan echt fungeren als een nuttig hulpmiddel om op terug te grijpen. Er is de herkenning: inderdaad, zo blijkt het te gaan, ook al krijgen we het theologisch misschien nog niet rond.

Eenzijdig

Mijn tweede aarzeling bij dit handboek is de eenzijdige gerichtheid op bevrijding van demonische machten. Terwijl de pastorale counseling van Ellel Ministries (in Engeland althans) genuanceerd en evenwichtig lijkt en dicht tegen contextuele therapie aan ligt, wekt dit handboek de indruk dat iedereen die counseling nodig heeft ook bevrijding van demonen behoeft. Dat zal deels komen door de focus van dit boek. Toch suggereert Horrobins stellige, eenduidige beschrijving van tal van casus dat het inderdaad eigenlijk steeds moet uitdraaien op deliverance. Wie zo met dit boek aan de slag gaat, loopt het levensgrote risico kwetsbare mensen te beschadigen.
Evenwichtig pastoraat omvat de hele mens, met oog voor de onderscheiden rol van pastor, therapeut/psychiater en arts. De mens bestaat uit geest, ziel en lichaam. ‘Ziel’ omvat wat we vaak de ‘psyche’ noemen, het denkvermogen en het zelfbewustzijn. ‘Geest’ kun je omschrijven als onze spirituele ‘antenne en ontvanger’, het vermogen om in verbinding te staan met de geestelijke wereld. Globaal: de arts is er voor het lichaam, de psychiater voor de psyche en de pastor voor de geestelijke kant – wat uiteraard veel breder is dan bevrijding alleen. Tegelijk groeit ook het inzicht dat die drie terreinen weliswaar onderscheiden moeten worden, maar niet te scheiden zijn. Als we ons realiseren dat psychische en lichamelijke aandoeningen een geestelijke oorzaak kunnen hebben, mag duidelijk zijn dat de heilsbediening van de pastor inderdaad de hele mens omvat. Maar hij zal plaats moeten geven aan de eigen expertise van arts en psychiater. Ook is van belang dat bevrijding zorgvuldig geïntegreerd is in de bredere pastorale zorg in de plaatselijke gemeente. In dit handboek blijft dat te veel buiten beschouwing.
  

Zie ook: 


Aanbevolen boeken

Christopher Wright, De Bijbelse missie, 2011
Oudtestamenticus Christopher Wright zet het verhaal uiteen van Gods grote plan van schepping tot herschepping: hét bijbelse kader dat nodig is voor een goed verstaan van de dienst der bevrijding.

N.T. Wright, Jesus and the Victory of God, 1996
Nieuwtestamenticus N.T. Wright onderzoekt in dit academische werk de betekenis van Jezus’ leven en bediening op aarde: wat bedoelde Jezus toen Hij het Koninkrijk van God verkondigde?

Graham H. Twelftree, In the Name of Jesus. Exorcism among Early Christians, 2007
In de synoptische Evangeliën zien we dat exorcisme een belangrijk aspect is van Jezus’ bediening, maar in de rest van het NT lezen we er weinig over. Nieuwtestamenticus Graham Twelftree onderzoekt het NT en de vroege kerk, en trekt genuanceerde conclusies.

Mart-Jan Paul (red.), Geestelijke strijd. Demonie en bevrijding in christelijk perspectief, 2002
Genuanceerde bundel vanuit reformatorische hoek, met bijdragen van o.a. Jan Hoek, Robert Doornenbal, Pieter Siebesma en Mart-Jan Paul. Biedt vooral (historische en bijbelse) achtergronden.

Graham Dow, Explaining Deliverance, 2003
Beknopte maar inzichtgevende brochure over de praktijk van bevrijdingspastoraat, geschreven door de anglicaanse bisschop Graham Dow, die ooit tegen wil en dank zelf betrokken raakte in de dienst van genezing en bevrijding, in zijn toenmalige parochie.

Keith Ferdinando, The Triumph of Christ in African perspective, 1999
Voor een niet-westers perspectief: zendingstheoloog Ferdinando beschrijft Afrikaanse visies op demonen en verzoening, vergelijkt dit met de bijbelse gegevens, en trekt scherpe conclusies met concrete handreikingen voor (Afrikaanse) kerken.






No comments:

Post a Comment