maandag 15 september 2025

Een taxonomie van pentecostale en charismatische vernieuwing

Charismatisch christendom kent talloze verschijningsvormen. De onderlinge verschillen – sociaal, politiek, maar ook theologisch – zijn groot. Willen we zinvol reflecteren, dan moeten we onderscheiden.

Daarom schreef ik een taxonomie van charismatisch christendom: een overzicht in hoofdstromen, op grond van theologische verwantschap. Deze taxonomie is als eerste hoofdstuk opgenomen in Proeven en watertanden. 

Dit verduidelijkt ook mijn eigen theologische positie. Waar in het brede speelveld van pentecostale en charismatische vernieuwing plaats ik de theologie van het Koninkrijk zoals ik die uitwerk?

In deze blog geef ik een beknopte introductie van mijn taxonomie van charismatisch christendom.





Introductie

In het eerste hoofdstuk van Proeven en watertanden schets ik een taxonomie van charismatisch christendom: een classificering op grond van gebleken verwantschap. Welke hoofdstromen tekenen zich af en wat is theologisch kenmerkend voor elke hoofdstroom?

De meeste overzichten van pentecostale en charismatische bewegingen zijn geschreven door godsdiensthistorici of -sociologen.[1] Ze leggen dan ook de nadruk op historische en sociologische ontwikkelingen en kenmerken. In mijn taxonomie gaat het om de theologische inhouden: wat gebéurt er, theologisch, in die hoofdstromen van vernieuwing? Wat is theologisch kenmerkend en onderscheidend?

Met de vraag naar hoe het heil, het goede leven, wordt begrepen, stoten we door naar het hart van een geloofsovertuiging. Daarom hanteer ik het heilsbegrip als methodologische lens:

o   hoe wordt de aard van het heil verstaan?

o   wanneer breekt dit heil aan?

o   hoe is de rol van mensen in de bemiddeling ervan?

Daarnaast kijk ik naar het onderliggende wereldbeeld en de primaire rol van de heilige Geest.

 

Achtergrond: Een pentecostale transformatie

Het wereldwijde christendom is ingrijpend veranderd in de vorig eeuw en zéker in de eerste decennia van de 21e eeuw. Niet alleen is het demografisch zwaartepunt op het zuidelijk halfrond komen te liggen, ook de inhouden en verschijningsvormen zijn flink verschoven. Een aanzienlijk deel van het christendom is tegenwoordig te typeren als charismatisch. Sommigen spreken van “het nieuwe christendom”, anderen van een “pentecostale transformatie van het christendom”.[2] Het is altijd buitengewoon lastig om betrouwbare demografische cijfers te vinden over religies en stromingen, maar veilige schattingen komen al gauw op zo’n 700 tot 800 miljoen christenen die zichzelf zouden aanduiden als “charismatisch”, ofwel: een kwart tot een derde van de wereldwijde kerk.[3] In tal van landen in Afrika, Latijns-Amerika en Azië is zelfs de overgrote meerderheid van de christenen charismatisch, tot wel 75 of 90 procent, stelt godsdienstsocioloog Stephen Hunt.[4] In Europa, waar het christendom gedecimeerd wordt, zijn er ook kerken die significante groei laten zien en vrijwel zonder uitzondering zijn dit charismatische kerken.[5]


Daarmee is charismatisch christendom een invloedrijke stroming binnen het wereldwijde christendom. Ook de westerse theologie zal zich ertoe moeten verhouden en bereid moeten zijn om te leren van de charismatische ervaringen van deze christenen. Moderne westerse theologen die zich daarbij oncomfortabel voelen, zegt nieuwtestamenticus James Dunn, doen er goed aan om zich te realiseren dat de christelijke kerk ooit begon als “an enthusiastic sect”.[6] In de vroege kerk werden traditionele geloofsovertuigingen herzien en werden nieuwe inzichten ontwikkeld die de vorm en inhoud van het christendom zouden bepalen. Leidend hierin waren niet alleen theologisch reflecties, maar ook de spirituele ervaringen.[7] Dit waren vaak extatische ervaringen, "conceived in the context of charismatic eruptions and the like, understood as manifestations of the Spirit and grace of God.” [8] Dunn concludeert:

 

“Oecumenisch gezien betekent dit dat de traditionele kerken meer open moeten staan voor de nog steeds groeiende derde of charismatische dimensie van het christendom, en theologisch gezien moeten dogmatici de ervaren Geest vollediger in hun systemen integreren.”[9]

 

Maar die noemer “charismatisch” staat voor een enorme diversiteit aan verschijningsvormen en opvattingen. Minder dan een kwart van de 700 tot 800 miljoen charismatische christenen behoort tot een pinksterdenominatie.[10] In Latijns-Amerika – vaak gezien als hét continent van de pentecostale beweging – zijn de meeste charismatische christenen niet “pinkster” maar rooms-katholiek. In Afrika of Azië zijn anglicanen en presbyterianen vaak net zo charismatisch als pinksterchristenen.[11]

Charismatisch christendom omvat de massale “healing crusades” van gebedsgenezers als Benny Hinn en Heidi Baker, waar mensen met rijen tegelijk “in de Geest vallen” en waar ziekten worden bestraft en weggestuurd als demonische machten. Maar het omvat ook de ingetogen gebedsbediening voor bemoediging en innerlijke genezing, zoals dit plaatsvindt in traditionele protestantse en katholieke kerken.

 

“Golven van charismatische vernieuwing"?

In de godsdienstsociologie is veelvuldig gesproken over de zogenaamde “drie golven” van pentecostale of charismatische vernieuwing. De eerste golf is dan de geboorte van de pinksterbeweging aan het begin van de 20e eeuw, de tweede golf is de charismatische vernieuwing in de traditionele kerken in de jaren zestig, en de derde golf staat voor de Vineyard-beweging (John Wimber) en aanverwante evangelische kerken, zoals New Frontiers (Terry Virgo), in de jaren tachtig.

Dit spreken over “golven” is terecht bekritiseerd. Het suggereert een heldere chronologie en eenduidigheid in een speelveld dat in werkelijkheid divers en fluïde is. Tegelijk helpt het natuurlijk wel om overzicht te houden. Bovendien kunnen we in die veelheid van ontwikkelingen wel degelijk iets van golven herkennen: bewegingen die breed en diepgaand doorwerken in het wereldwijde christendom. Zolang we in ons achterhoofd houden dat het een vereenvoudigende schematisering betreft, kan het op zich behulpzaam zijn.

In mijn taxonomie spreek ik liever van hoofdstromen. Dat sluit een zekere chronologie niet uit, maar legt de focus op inhoudelijke verwantschap en geeft ruimte aan de dynamiek van identiteiten die zich doorontwikkelen.


Indeling in vijf hoofdstromen

In mijn taxonomie stel ik (na bespreking van eerdere indelingen) de volgende indeling in vijf theologische hoofdstromen voor:

1) Charismatische spiritualiteit van de onafhankelijke Geest-kerken

2) Klassiek pentecostalisme 

      3) Klassieke charismatische vernieuwing in de traditionele kerken

      4) Theologie van het Koninkrijk als “enacted, inaugurated eschatology”

      5) Neo-pentecostalisme


  •  Onder de charismatische spiritualiteit van de onafhankelijke Geest-kerken versta ik de spiritualiteit van Afrikaanse, Aziatische en Latijns-Amerikaanse charismatische kerken die onafhankelijk van de pentecostale denominaties ontstonden.
  • Onder klassiek pentecostalisme versta ik de pentecostale revival-theologie en spiritualiteit die kenmerkend is voor de vroege pinksterbeweging. Die theologie – hoewel in ontwikkeling - is ook nu nog herkenbaar in grote delen van de pinksterbeweging.
  • Onder de klassieke charismatische vernieuwing in de traditionele kerken versta ik de theologie en spiritualiteit die kenmerkend is voor de vernieuwing die in de jaren zestig van de 20e eeuw opkwam in de protestantse en katholieke kerken. Die theologie – hoewel in ontwikkeling – is nog altijd herkenbaar in grote delen van de protestantse en katholieke charismatische vernieuwing. In Nederland hebben we het dan onder meer over de Charismatische Werkgemeenschap Nederland (CWN) en de Katholieke Charismatische Vernieuwing (KCV).
  • Onder de theologie van het Koninkrijk als “enacted, inaugurated eschatology” versta ik de theologie en spiritualiteit die voortkwam uit de vernieuwing van met name John Wimber, en die verwerkt en doorontwikkeld werd in pentecostale, evangelische en traditionele kerken, waaronder de anglicaanse kerken (denk aan de Alpha-cursus en New Wine).
  • Onder neo-pentecostalisme versta ik het fluïdum van charismatische theologieën dat sterk gekleurd is door vormen van welvaarts- en overwinningstheologie (die diepe wortels hebben in het pentecostalisme) en nadruk legt op apostolisch leiderschap.

Een disclaimer is op zijn plaats: elke taxonomie is een versimpeling en niet meer dan een hulpmiddel. Het blijft, in de woorden van Hunt, zoiets als “het maken van een foto van een bewegend object”.[12]


Duiding en plaatsbepaling

De taxonomie in Proeven en watertanden is als een overzichtskaart in een wereldatlas: het geeft globaal
overzicht. Je ziet welke werelddelen er zijn, hoe die er in grote lijnen uitzien, en welke delen dichter bij elkaar liggen of meer op elkaar lijken dan andere. En ook niet onbelangrijk: je ontdekt waar je jezelf bevindt.

De taxonomie helpt om de theologie van eigentijdse kerken en bewegingen te herkennen en te duiden in het brede palet van pentecostaal en charismatisch christendom.

De taxonomie geeft ook zicht op theologische ontwikkelingen. Het helpt onderscheiden waar bepaalde invloeden vandaan komen. Daarmee kan de taxonomie bijdragen aan een doordenking van de eigen charismatische theologie en spiritualiteit. Dat is behulpzaam, nu pentecostaal en charismatisch christendom meer dan ooit fluïde is.

 

De taxonomie is als eerste hoofdstuk opgenomen in Proeven en watertanden. Aanzetten tot charismatische vernieuwing (Utrecht: KokBoekencentrum, 2025), 16-92.

 



[1] Denk aan voortreffelijke overzichtsstudies van godsdienstsociologen en -historici als Allan H. Anderson, Michael Bergunder, Mark Cartledge, Stephen Hunt, David Martin, Philip Jenkins en Margaret Poloma.

[2] Philip Jenkins, The Next Christendom (Oxford: Oxford University Press, 2002), Stephen Hunt, A History of the Charismatic Movement in Britain and the United States of America. The Pentecostal Transformation of Christianity (New York: Edwin Mellen Press, 2009).

[3] Todd M. Johnson en Peter F. Crossing, verbonden aan de World Christian Database, die is ondergebracht bij het Center for the Study of Global Christianity (CSGC) aan het Gordon-Conwell Theological Seminary, gaan uit van 828 miljoen pentecostale en charismatische christenen in 2025 (30,6 procent). Zie: Todd M. Johnson en Peter F. Crossing, ‘Christianity 2013: Renewalists and Faith and Migration’, in: International Bulletin of Missionary Research 37:1 (2013), 32-33. Het CSGC gaat in voorzichtige schattingen uit van ruim een miljard charismatische christenen in 2050, want dan neerkomt op iets minder dan een derde van alle christenen, maar hierin zijn charismatische katholieken, protestanten, orthodoxen en evangelischen nog niet meegerekend. Zie: CSGC, Status of Global Christianity (2024) in the Context of 1900–2050, te raadplegen op https://www.gordonconwell.edu/center-for-global-christianity/.

[4] Hunt, A History of the Charismatic Movement, 5.

[5] Philip Jenkins, God’s Continent. Christianity, Islam, and Europe’s Religious Crisis (Oxford: Oxford University Press, 2007).

[6] James D.G. Dunn, ‘Towards the Spirit of Christ: The Emergence of the Distinctive Features of Christian Pneumatology’, in: Michael Welker (ed.), The Work of the Spirit. Pneumatology and Pentecostalism (Grand Rapids: Eerdmans, 2006), 3-26. Zie ook zijn trilogie Christianity in the Making: Jesus Remembered (Vol. 1), Beginning from Jerusalem (Vol. 2), Neither Jew nor Greek: A Contested Identity (Vol. 3), (Grand Rapids: Eerdmans, 2003, 2009, 2015).

[7] Dunn, ‘Towards the Spirit of Christ’, 21.

[8] Dunn, ‘Towards the Spirit of Christ’, 23.

[9] “Ecumenically, it does mean that the traditional churches need to be more open to the still growing third or charismatic dimension of Christianity, and theologically, dogmaticians need to integrate the experienced Spirit more fully into their systems.” Dunn, ‘Towards the Spirit of Christ’, 24.

[10] Allan H. Anderson, To the Ends of the Earth. Pentecostalism and the Transformation of World Christianity (Oxford: Oxford University Press, 2013), 252-257.

[11] Kwame Bediako, Christianity in Africa: The Renewal of a Non-Western Religion (Maryknoll: Orbis Books, 1995); Cephas Omenyo, Pentecost outside Pentecostalism. A Study of the Development of Charismatic Renewal in the Mainline Churches in Ghana (Zoetermeer: Boekencentrum, 2002).

[12] Hunt, A History of the Charismatic Movement, 53.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.