In 2019 schreef ik een nieuwe ministrycursus voor New Wine. De nieuwe cursus bestaat uit drie losse modules, zodat je als gebedsteam een praktijkgericht leertraject aangaat. In een driedelige blogserie geef ik je hier vast een sneak preview van het eerste hoofdstuk uit de eerste module (De basis van gebedsministry). Het geeft je een indruk van de onderliggende visie van deze vorm van gebed:
1. we bidden als Gods geliefde kinderen en medewerkers
2. ons gebed is gericht op het doorbreken van Gods shalom in ons leven (vanuit een bijbels-holistisch mensbeeld)
3. ons perspectief daarbij is Gods Koninkrijk, dat is aangebroken in Jezus Christus én dat op zich laat wachten tot Hij opnieuw komt.
1. Geliefde dochters en zonen
“Wij worden kinderen van God genoemd,” schrijft de
apostel Johannes (1 Johannes 3: 1) en opgetogen vervolgt hij: “en dat zijn we ook!”
En als we daaraan twijfelen, zegt Paulus, dan verzekert Gods Geest in ons
binnenste: Echt waar, jij bent kind van de Vader. Jij mag Hem ‘Abba, Vader’
noemen! Wij hebben immers, dankzij Jezus Christus, “de Geest van het zoonschap”
ontvangen (Romeinen 8: 14 – 17, NBG51). Door de Geest die in ons wordt uitgestort,
mogen we delen in de vader-zoonrelatie van Jezus met zijn hemelse Vader. Zo
groot is de liefde van God de Vader, dat Hij ons heeft aangenomen tot zijn
dochters en zonen. Hij houdt van je en geniet van je!
Als we bidden, dan komen we dus als geliefde kinderen bij
onze Vader. En Vader wil niets liever dan dat wij ons hart laten vullen met
zijn overvloedige liefde – zijn liefde voor ons, voor alle mensen en voor zijn
hele schepping. Zodat die liefde ons helemaal doordrenkt en verandert en we
steeds meer gaan lijken op Jezus (Romeinen 8: 29; 2 Korintiërs 3: 18).
Als we bidden vanuit die vertrouwelijke omgang, die
intimiteit, dan groeien we in verlangen naar God en naar de dingen waarnaar Híj
verlangt. Ons gebed wordt steeds meer gebed om de komst van zijn Koninkrijk:
“Laat uw naam geheiligd worden, laat uw Koninkrijk komen en uw wil gedaan
worden op aarde, zoals in de hemel”. Laat uw wil gedaan worden in míj, en dóór
mij. Laat de wereld worden zoals U haar heeft bedoeld. Laat mij opbloeien in uw
liefde. En help mij om anderen te laten opbloeien in uw liefde.
De bediening van gebed
Als we kinderen zijn van de Vader, dan zijn we ook broers
en zussen van elkaar. Vader vertrouwt ons aan elkaar toe, om er voor elkaar te
zijn en elkaar lief te hebben. We mogen elkaar helpen om te leven als kinderen
van de Vader en erfgenamen van het Koninkrijk (Romeinen 8: 15 - 17). Dat
betekent allereerst dat we met elkaar bidden.
Dat we elkaar helpen om ons bewust te worden van Gods aanwezigheid en ons te
laten aanraken en vernieuwen door zijn Geest. Er is kracht in het gebed. “Het gebed van een rechtvaardige is krachtig en mist zijn
uitwerking niet”, verzekert Jakobus ons (Jakobus 5:16-18). En Johannes vertelt
ons: “Wij kunnen ons vol vertrouwen tot God wenden, in de zekerheid dat Hij
naar ons luistert als we Hem iets vragen dat in overeenstemming is met zijn
wil” (1 Johannes 5:14 - 15).
Als kinderen van de Vader mogen we ook bidden met mensen
die Hem nog níet als Vader kennen. Hij heeft ons de bediening van de verzoening
toevertrouwd, zegt Paulus (2 Korintiërs 5: 19). God zendt ons uit om mensen in
aanraking te brengen met zijn liefde en genade, zodat ze zich met Hem laten
verzoenen en deel worden van zijn nieuwe schepping.
Een van de vele manieren waarop we met elkaar mogen
bidden, is gebedsministry: twee mensen die – meestal met handoplegging – bidden
met een derde persoon. Ministry betekent ‘bediening’, dus gebedsministry
betekent letterlijk: bediening van gebed. Jezus geeft zijn leerlingen macht en
gezag om het Koninkrijk van God te verkondigen en zieken te genezen (Lucas 9: 1
– 2). Je zou gebedsministry daarom als volgt kunnen definiëren: Gebedsministry is het bidden met mensen in
de autoriteit van Jezus en in de kracht van de Heilige Geest.
Het gaat dus om:
- gebed
- met mensen die persoonlijk aanwezig zijn
- op gezag van Jezus (in zijn naam)
- en in de kracht van de Heilige Geest (in de verwachting dat Gods Geest werkzaam aanwezig is).
Gebed
Bij gebedsministry gaat het om gebed. Het is dus geen
pastorale counseling of nazorg, in die zin dat er veel gesproken hoeft te
worden of dat het lang moet duren (er kan uiteraard wel worden doorverwezen
naar verder pastoraat). Het is ook niet noodzakelijk dat de bidders in staat
zijn om de gebedsvraag therapeutisch te analyseren (al is het wél van belang om
de aard van de gebedsvraag te onderscheiden, zie Sessie 3). Iederéén kan dus op
deze manier met anderen bidden.
Waarom dan toch deze cursus? Omdat we mogen groeien in
inzicht en vrijmoedigheid. Maar vooral ook omdat gebedsministry een pastorale
bediening in de gemeente is waarbij we zorgvuldig met elkaar willen omgaan.
Daarom delen we een heldere visie en duidelijke richtlijnen.
Bidden mét mensen
Bij gebedsministry breng je de ander bij God – je mag je
samen bewust worden van Gods persoonlijke aanwezigheid. Dit betekent dat je
bidt met mensen die zelf ook daadwerkelijk aanwezig zijn. Natuurlijk mag het
bidden voor iemand anders (bijvoorbeeld een ziek familielid) deel uitmaken van
het gebed, maar de aandacht en het gebed zijn bij dit gebedsmodel vooral
gericht op degene die gebed vraagt.
Op gezag van Jezus
Jezus zendt ons uit om
het Koninkrijk te verkondigen, in zijn naam (ofwel: op zijn gezag) en in de
kracht van de Heilige Geest. Dat aspect van gezag vinden we vaak lastig. In
onze Nederlandse cultuur hebben we het niet zo op autoriteit. We associëren het
snel met ‘autoritair’, met machtsmisbruik en manipulatie. Maar het is
belangrijk om te beseffen dat Jezus ons de bevoegdheid
geeft om het Koninkrijk te verkondigen en genezing te brengen. We bidden niet
op ons eigen gezag met mensen, maar in zijn naam. Vanuit die legitimatie mogen
we het heil aan elkaar bedienen. Dat betekent: dankzij het kruis en de
opstanding van Jezus - dankzij Jezus’ overwinning van de zonde en het kwaad -
mogen we mensen het heil van Gods Koninkrijk aanzeggen.
De kracht van de Heilige Geest
In Gods aanwezigheid mogen we ons openen voor de werking
van zijn Geest. De bidders mogen faciliteren, maar het is Gods Geest zélf die
het eigenlijke werk doet. Gods Geest werkt in en dóór de persoon die om gebed
vraagt. En Hij werkt door de bidders heen (Judas 1: 20; Efeziërs 6: 18). Dit
besef mag voor jou als bidder ontspannend zijn: God wil door jou heen werken en
Hij vertrouwt je een mooie bediening toe, maar het hangt niet af van jouw
analyse of mooie woorden. Het is God zelf die aanwezig is en door zijn Geest
werkt in degene met wie je bidt. Jij mag daarbij helpen, niet minder en niet meer.
Volgende afleveringen in deze serie:
Deel 2: Shalom: groeien in heelheid (2 januari 2020)Deel 3: De komst van het Koninkrijk van God (16 januari 2020)
No comments:
Post a Comment